SV | Die tot zijn vader en tot zijn moeder zeide: Ik zie hem niet; en die zijn broederen niet kende, en zijn zonen niet achtte; want zij onderhielden Uw woord, en bewaarden Uw verbond. |
WLC | הָאֹמֵ֞ר לְאָבִ֤יו וּלְאִמֹּו֙ לֹ֣א רְאִיתִ֔יו וְאֶת־אֶחָיו֙ לֹ֣א הִכִּ֔יר וְאֶת־ [בָּנֹו כ] (בָּנָ֖יו ק) לֹ֣א יָדָ֑ע כִּ֤י שָֽׁמְרוּ֙ אִמְרָתֶ֔ךָ וּבְרִֽיתְךָ֖ יִנְצֹֽרוּ׃ |
Trans. | hā’ōmēr lə’āḇîw ûlə’immwō lō’ rə’îṯîw wə’eṯ-’eḥāyw lō’ hikîr wə’eṯ-bənwō bānāyw lō’ yāḏā‘ kî šāmərû ’imərāṯeḵā ûḇərîṯəḵā yinəṣōrû: |
Die tot zijn vader en tot zijn moeder zeide: Ik zie hem niet; en die zijn broederen niet kende, en zijn zonen niet achtte; want zij onderhielden Uw woord, en bewaarden Uw verbond.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Die tot zijn vader en tot zijn moeder zeide: Ik zie hem niet; en die zijn broederen niet kende, en zijn zonen niet achtte; want zij onderhielden Uw woord, en bewaarden Uw verbond.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!